In Nederland is een algemeen ontslagverbod van toepassing. Ontslag of opzegging van de arbeidsovereenkomst door de werkgever is niet mogelijk, tenzij er sprake is van een uitzondering. Ontslag is op de volgende manieren wel mogelijk:
Bij ontslag is de vaststellingsovereenkomst een begrip. Vaak krijgen werknemers deze aangeboden in een ontslagsituatie. De naam is ook wel “beëindigingsovereenkomst”, nu het gaat om het ontslag en alle zaken die daarbij geregeld moeten worden.
Bij de kantonrechter kan een verzoek worden ingediend tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst; in de meeste gevallen is dat de werkgever. De kantonrechter zal dan kijken of er een goede reden is om de arbeidsovereenkomst te beëindigen.
In de meeste gevallen zal door de werkgever een transitievergoeding moeten worden betaald. Daarnaast kan een bilijke vergoeding worden geëist door de werknemer, bijvoorbeeld als de werkgever zich slecht heeft gedragen.
We treden op voor werkgevers als werknemers.
Bij voorkeur wordt een voor de cliënt bevredigende minnelijke regeling bereikt, maar onze advocaten beschikken ook over uitgebreide proceservaring.
Bij bedrijfseconomische ontslagen (reorganisaties) kiest de werkgever er vaak voor om het UWV te vragen om toestemming te geven de arbeidsovereenkomst op te zeggen. De procedure bij het UWV kost ongeveer 6 weken. Bij het verlenen van een ontslagvergunning is een transitievergoeding verschuldigd door de werkgever.
Een werkgever kan een werknemer onder bepaalde omstandigheden schorsen of op non actief stellen. Meestal is dat een voorbode voor ontslag. Lees er hier meer over.
Lees hier alles over het ontslag op staande voet. Hoe wordt het gegeven, en wat kan de werknemer er tegen doen?
Ontslag op grond van bedrijfseconomische omstandigheden komt relatief veel voor. Hier lees je er alles over.